Frank Antonie van Alphen, schrijver en journalist mailde drie artikelen van zijn hand door voor publicatie op de site.
Veel leesplezier met "Godfather of Blues" ; "Desolation"  en  "Concert Musis Sacrum" 


 

Interview Tribune  (SP)

Interview n.a.v. bezoek Twentse Schouwburg 
(via back/vorige terug naar deze pagina)

Interview Noize Magazine


Groeten uit Grolloo: Harry Muskee ontmoet Daniël Lohues

Door Johan Stapel en Geert Henderickx

(Dit artikel verscheen in Heaven, nr. 3 (mei/juni) 2001 en is overgenomen met toestemming van de auteurs.)

Op een ijzige winterdag in februari 2001 tijgt Heaven naar het Noorden des Lands voor een ontmoeting met Drenthe's meest befaamde popmuzikanten, Harry 'Cuby' Muskee (bijna 60) en Daniël 'Skik' Lohues (net 30). Plaats van handeling: Café-restaurant Hofsteenge te Grolloo. Op deze historische plek, met uitzicht op de bronzen buste van de legendarische voorman van Cuby + Blizzards, zorgen 'oom' Harry en 'neef' Daniël voor een geanimeerd dubbelinterview over de blues, de provincie, de Amerikaanse cultuur en J.S. Bach.

Interview Fretklik op het boekje


Een standbeeld voor Harry Muskee

Een artikel, geschreven door Jeroen Fidder over Harry Muskee. Het stond woensdag 1 maart in de UIT-bijlage van het Utrechts Nieuwsblad.

Wars van borstklopperij

Door Jeroen Fidder

Harry Muskee snapt er niets van. Legendarisch werd hij met Cuby + Blizzards. En onomstreden is het belang van deze band voor de ontwikkeling van blues in Nederland. Toch nam Cuby + Blizzards het jubileumalbum Hotel Grollo, verschenen ter gelegenheid van de 35-jarige bluescarrière van Muskee, vorig jaar gewoon in eigen beheer op. En hoewel de plaat goed verkocht, heeft er zich nog steeds geen platenmaatschappij bij Muskee gemeld. "Er zullen wel allemaal jongelui werken die vinden dat onze muziek oude koek is. En je hebt nu eenmaal kruiwagens nodig, anders besteden ze geen aandacht aan je. Dus omdat we niet bij een grote maatschappij zitten, hebben we alle publiciteit rondom het jubileum zelf gedaan".

Kritieken

Ter gelegenheid van datzelfde jubileum verscheen in 2000 ook de 4cdbox Blues Traveller, die een compleet beeld geeft van de historie die Harry Muskee en z’n Cuby + Blizzards schreven. De kritieken was lovend, hoewel de box veel journalisten wel sterkten in de overtuiging dat Cuby het niveau van albums als Desolation en Groeten uit Grollo nooit meer heeft gehaald. "Die kritiek slaat nergens op", pareert Muskee. "De mensen die dat roepen, luisteren naar hun emoties en hebben duidelijk geen bal verstand van de muzikaal-technische kant. De muzikanten die later bij ons kwamen, waren stukken beter. Alle anderen gingen de band uit omdat ze het niet meer bij konden sloffen". Dat het debuutalbum Desolation in het muziekbladblad Oor onlangs werd verkozen tot één van de beste Nederlandse albums aller tijden, streelt Muskee, maar hij heeft zo z’n bedenkingen. "Ik begrijp het wel, want toen dat album uitkwam, was Cuby heel populair, en daar grijpen ze dan op terug. Die lp is toen ook onderscheiden met een Edison. Maar ik vind Appleknockers Flophouse net zo goed".

Stichting

Cuby + Blizzards ging na twintig jaar in 1997 weer van start. Muskee had er toen acht jaar opzitten met dezelfde begeleidingsband. "Ik was daarop uitgekeken. Onderling was het ook niet meer zo prettig. Een reden was vooral ook dat er in Nederland niet zoveel mogelijkheden meer zijn om te spelen. Het zalencircuit is enorm aan het verschralen. Dus toen heb ik geïnformeerd hoe het in de theaters zat. Ik kwam in contact met drie zakenmensen, liefhebbers die de stichting Cuby is Back oprichtten. Het is nu zo geregeld dat de band in dienst is van deze stichting". Blues en het theater. Muskee kan er zich danig over opwinden als ‘m wordt gevraagd of die combinatie wel past. "Het is een cliché dat blues alleen kan in rokerige cafés met bier. BB King speelt allang niet meer in de juke joints. En John Lee Hooker ook niet. En Buddy Guy ook niet. Dus ik bedoel maar". Spelen in het theater is wel anders, vervolgt hij. "Het publiek maakt er minder lawaai, dus elke fout komt dubbelhard aan. En je moet niet onnodig hard spelen, want dan jaag je de mensen de tent uit". Dit jaar speelt Cuby + Blizzards voor het eerst op het North Sea Jazz Festival. Een eer, vindt Muskee, die wars is van borstklopperij. Spelen is wat-ie wil. Lekker met z’n vijven dat podium op. "Je hebt bands die weer bij elkaar komen en de laatste druppel eruit persen. The Outsiders waren eens ons voorprogramma. Die waren muzikaal-technisch zo ontzettend slecht, terwijl wij zo weer meekonden. Wij zijn een goede liveband. En we zien wel hoelang we het volhouden. Ik heb nooit iets gepland in m’n leven".

Expositie

In zijn oude woonplaats Grollo komt Muskee nog regelmatig, maar ’s zomers liever niet. "Als ik dan in het café zit, moet ik steeds mee naar buiten, omdat mensen met me op de foto willen bij het borstbeeld. De mensen gaan ook nog altijd kijken bij de boerderij waar ik toen woonde. Omdat ik straks zestig word – je gelooft het niet – komt er een semi-permanente expositie in Grollo. En er komt, heb ik gehoord, een of ander groot feest. Hoe is het in een band te spelen als je bijna zestig bent? Het is natuurlijk niet meer zo hectisch als vroeger. Toen raakten we ‘m na afloop nog weleens flink en ging je zo een hele nacht door. Dat is er niet meer bij. Ik ga in elk geval de avond voor een optreden nooit meer naar het café. Dat kan ik mezelf niet meer aandoen. En het publiek ook niet. Mensen betalen er voor, dus je moet wel je best doen".


In mei 2000 stond er in het blad Fret een interview met Harry Muskee.Klik op het boekje om dit interview te downloaden

Interview Fret

In mei 2000 stond er in het blad Aloha een interview met Eelco Gelling. Klik op het boekje om dit interview te downloaden
Interview Eelco Gelling

In juni 1999 stond er in het blad Penthouse een interview met Harry Muskee.Klik op het boekje om dit interview te downloaden
Interview Penthouse


Uit het straatmagazin voor Noord Nederland: "De Riepe"

Muziek is Harry Muskees laatste geheim

Interview met Harry Muskee door Anna Tjalsma

Harry Muskee, de blueslegende uit Drenthe, zit achter een kop koffie met appelgebak in grand café het Feithhuis te Groningen. Hij is 57, maar oogt jonger. Door zijn houding, half van mij afgewend, krijg ik de indruk van een wat stuurse, argwanende man. Zal ik de tijd en de kans krijgen om hem een beetje te leren kennen?

Met Harry Muskee praten over de blues. Over zijn lange carrière als zanger en tekstschrijver, de ups en downs. Gespreksstof genoeg, maar waar wil hij het zelf over hebben? Harry veert resoluut overeind en zegt stellig: 'Niet over het verleden. Dat is voorbij. In het heden gebeurt genoeg interessants. De band draait goed. We zijn lekker bezig, maken samen Cuby & the Blizzards-muziek met een eigen stijl en we zijn met elkaar bevriend. Je moet er voor zorgen dat de samenwerking goed is. Dat de afspraken duidelijk zijn. Als er tussen de bandleden onderling iets fout zit, wordt dat meteen uitgesproken.

RudmerNijman

Duidelijkheid voorkomt veel narigheid. Het was een leerproces om zover te komen. Vroeger dreef ik mijn eigen zin door, was ik te duidelijk. Dat was niet goed. Maar een te democratische opstelling daarna werkte evenmin. Ik ben door de jaren heen wijzer geworden. De blues heeft me geholpen de dingen te relativeren. Ik heb afgeleerd me te ergeren. Omdat de zaken nu goed gaan, ben ik die vaak domme journalistieke vragen over het verleden meer dan zat. Het zijn altijd dezelfde. En dan wordt er ook nog eens van je verwacht dat je ze telefonisch en binnen vier minuten beantwoordt. Herman Deinum handelt dat nu af. Ik heb er een nummer over geschreven: "Where rats don't go". Het gaat over journalisten die hun poen verdienen aan de ellende van anderen. Ethisch gezien kan dat niet, vind ik. Er mag best meer respect zijn voor anderen. Een ander nummer, "I don’t care", gaat over mensen die een ander zwartmaken. Wat dan in de media breed wordt uitgemeten. Maar: "I don't care what you write about me, I am a free spirit can't you see/I don't care about you, I don't care about me/The only difference is personality". Dit zegt wel hoe ik erover denk.'

Praten over de blues, over de betekenis ervan. Harry zit nu recht tegenover me. Zijn armen liggen over elkaar geslagen op tafel. Hij vertelt. Soms leunt hij even zwijgend achterover.

'De blues is moeilijk aan anderen uit te leggen. En dat geldt ook voor muziek in het algemeen. Ik vind het leuk om muziek te maken, te zingen. Het liefst sta ik voor publiek, maar ik zit ook in mijn eentje thuis gitaar te spelen. En als ik voel dat het goed gaat, geniet ik daarvan. Mensen raken door muziek geëmotioneerd. Het is rechtstreeks en werkt bij iedereen weer anders. Muziek veroorzaakt iets binnenin en hoe dat tot stand komt weet niemand. Muziek is het laatste geheim. Dat zou ik wel op mijn grafsteen geschreven willen hebben.'

Wanneer begon voor hem de blues te leven?

'We hadden vroeger thuis zo'n bakelieten radio. In mijn jeugd luisterde ik naar de stemmen van bluespioniers als Sonny Boy Williamson, Muddy Waters en Joe Guitar Hughes. Pas later vond ik er de gezichten bij. Hun muziek gaf mij een goed gevoel. Ik heb er een nummer over geschreven: "Faceless Voices".'

In de lente van '97 doorkruiste Muskee drie weken lang het zuiden van de Verenigde Staten. Samen met John Lagrand en Albert Haar, mede-presentator van het programma Harry's Blues bij Radio Drenthe. Joe Guitar Hughes leidde hen langs de blues-scene van Houston, Texas en ze bezochten de graven van overleden bluesmusici. Een belevenis waarvan hij verslag heeft gedaan voor zowel Radio Drenthe als voor de VPRO.

'In juni van dit jaar gaan we weer naar Amerika. We reizen via Memphis, St. Louis, Detroit en Chicago naar New York en volgen zo tweeënhalve week lang de oude immigratieroute - Way Up North - van de negers. Deze mensen reisden vroeger van het platteland naar de grote stad om er te gaan werken in de slachthuizen, de zogenaamde killing floors.'

Een dynamisch leven waarin veel gebeurt én gebeurd is. Was er niet ooit sprake van een boek?

'Het boek komt er. Informatie heb ik genoeg. Piet van Dijken gaat het schrijven. Ik weet dat hij dat met veel liefde zal doen.'

Harry heeft een verrassend zachte, ietwat hese stem als hij praat. Waar haalt hij op het podium toch dat volume en die spannende variatie in geluid vandaan? Is dat allemaal aangeboren of heeft hij ook zangles gehad?

'Ik heb genoeg lucht in mijn longen. Altijd veel aan sport gedaan. Volleybal, voetbal. Tien jaar geleden ben ik daarmee gestopt. Het was niet meer te combineren met de optredens. En joggen spreekt me niet aan. Ik hou van lol, van teamwork. Ik heb nooit zangles gehad en zondig tegen alle regels van de zangpedagogiek. Ik rook en drink en dat is niet zo goed voor de stembanden.’

Af en toe liet Harry zich in zijn songteksten behoorlijk gaan. Kon hij zich steeds zo makkelijk blootgeven aan een groot publiek?

Harry lacht wat. 'Ik deed het gewoon. Het luchtte op. Ik zong mijn gevoelens van me af. Doe ik nog steeds. Het is een goeie therapie. Met schrijven van teksten gaat dat net zo. Ik ben geen protestzanger, maar ik geef uiting aan wat ik zie en hoor. Ik schrijf ideeën die me invallen op. Ga er niet speciaal voor zitten. Daar ben ik te ongestructureerd voor en niet geconcentreerd genoeg. De blokjes vallen op een bepaald moment samen in mijn onderbewustzijn en dan komt er een verhaal tevoorschijn. Ik ben geen streber. Wie zegt er dat je iets moet? Ik moet niets. Toch heb ik weleens het gevoel dat ik meer aan dingen had kunnen doen, er meer uit had kunnen halen. Maar dat meer willen moet in je zitten. Het is een dilemma waarin je wordt gemanoeuvreerd. Daar praat ik wel over met Erwin Jawa. De mensheid wordt door politici gemanipuleerd, om steeds maar meer te willen hebben. We leven in een consumptiemaatschappij. Het wordt je opgedrongen. Aan dat steeds meer willen gaat de wereld kapot. Ik ben eigenlijk alleen maar met muziek bezig. Ik maak het, luister als tegenwicht voor de versterkte muziek graag naar klassieken als Mozart en Bach, stel programma's samen en schrijf teksten. Het nummer "If You Were An Alien" gaat over de perfiditeit van het menselijke ras. Alle littekens die we in het gezicht van moeder aarde kerven zijn niet te herstellen. Het gaat over het maken van keuzes: "Would you choose the gospel, or the mean old dirty blues". De blues werd devil's music genoemd. Johnny Copland heeft eens gezegd: "Blues is isolation." Blues geeft de vrijheid van de eenzaamheid. Die oude bluesmusici hadden een hard leven. Ze verlieten de plantages. Reisden alleen, gingen te voet of met de bus. Het waren zwervers, drop-outs. Ze speelden ieder hun eigen blues. Bij elkaar konden ze hun gevoelens, hun klachten goed kwijt. Als ze samen speelden ontstond er spontaan een feest waarin de dagelijkse ellende van armoede en onderdrukking zich oploste. De zwarte bevolking had geen stemrecht. Politieke meningen en seksuele gevoelens konden niet vrij worden geuit. J.B. Lenoir mocht in de 30-er jaren zijn Eisenhouwer-blues niet in Amerika opnemen. Wel in Frankrijk. Bluesteksten muntten uit in cryptisch taalgebruik. Zo kon de waarheid toch worden verteld.'

'Als mens loop je in deze wereld op een dunne lijn. Je kunt er zo af donderen. Veel hangt af van de omgeving waarin je terechtkomt. In de muziekbusiness heb ik genoeg mensen van de draad zien vallen. Zelf leerde ik pas op mijn vierde mijn vader kennen. Hij had tijdens de oorlog in Duitsland gezeten. Mijn moeder had multiple sclerose. Ze stierf toen ik 20 was. Ik zeg altijd: "I am adopted by the blues". Die heeft me door de moeilijkste tijden heengesleept, me gered.'

Het Feithhuis past goed bij de theaters waar Cuby and the Blizzards op dit moment hun muziek ten gehore brengen. Vroeger waren dat rokerige, kale zalen of een paar vierkante meters caféruimte, waar een gemoedelijke sfeer heerste.

'Ja, de tijden veranderen. Alles is wat gecompliceerder geworden. We zijn nu meer een bedrijf. We bedienen ons van hifi-apparatuur, met Hans Konneman en Matthijs Veen aan de knoppen. Hans werkt al 8 jaar voor mij en raakt nooit in paniek. Het decor is gebouwd door René te Molder. Hij doet ook het licht en werkt samen met Roelie Runhaar die de volgspot, speciaal voor de solo's, richt. Toch blijven we ondanks de hele entourage muziek maken vanuit ons hart. Dat we niet meer dan zestig keer per jaar optreden heeft ook daar mee te maken. Ik heb geen act. Ik ben zoals ik ben, ook als ik op het podium sta. "Stront, wie heb oe scheten," zeggen ze in Drenthe als je arrogant doet. Ook al staat het programma vast, ik weet van te voren nooit helemaal wat ik ga doen. Er blijft altijd ruimte om te improviseren. Ik probeer de zaal bij de muziek te betrekken. In café's ligt dat gemakkelijker dan in zo'n theater, maar ook daar lukt het langzamerhand wel. Je zit met een gelimiteerd aantal grote zalen in Nederland. Daardoor kom je als band sneller in theaters terecht. Vroeger waren dat elitaire tempels, tegenwoordig komt iedereen er binnen. En dat is goed, want we dragen er allemaal belasting voor af.'

In Theater Tamboer te Hoogeveen staan Cuby and the Blizzards in een welhaast mythisch decor te spelen: een half afgebroken berenkooi met een enorm filmdoek daarachter. Boven het podium hangt een groot gevleugeld oog dat, als een wel heel aparte tv, een variatie aan beelden toont. De muzikanten baden in de schitterendste lichteffecten en rook wolkt rond hun benen. Tijdens het ruim anderhalf uur durende optreden zit het publiek heel saai op keurige rijen stoelen. Deze bieden weinig bewegingsruimte. De muziek swingt van begin tot eind. Duikt van het podium direct de zaal in. De hartstocht en het plezier waarmee wordt gespeeld en gezongen zwepen de gemoederen op. Oude en nieuwe nummers wisselen elkaar af. Stoelen staan op hun poten te wiebelen en te trillen. De band krijgt na afloop een staande ovatie. Als daarna de toegift wordt ingezet blijft bijna iedereen staan. Pas dan komt men echt in beweging. De beer is los. Had dat in feite de hele tijd moeten zijn.

De legende leeft en is altijd in Drenthe blijven wonen. Zal hij ooit nog eens naar het westen verhuizen?

'Nee. Het bevalt me hier steeds beter. Ik hou van de natuur om me heen. In de randstad wonen de mensen als kippen die elkaar de kont kapot pikken. Ik wil de ruimte.'

ANNA TJALSMA

klik hier wanneer je maar 1 deel ziet